Uitleg

1. 800 pound gorilla

De marktleider die de markt volledig domineert. Bijvoorbeeld: Google is de 800 pound gorilla van de zoekmachine markt, In Nederland is KPN de 800 pound gorilla van internet provider markt.

2. Adobe Air

Adobe Integrated Runtime, kortweg AIR, is een Rich Internet Application die gebruik maakt van Adobes technieken, waaronder Adobe Flash, Adobe Flex, HTML en Ajax. Op dit moment is AIR verkrijgbaar voor Mac OS X en Microsoft Windows. Er wordt gewerkt aan Linux-ondersteuning.
bron: Wikipedia

3. API

Een Application Programming Interface (API) is een verzameling definities op basis waarvan een computerprogramma kan communiceren met een ander programma of onderdeel (meestal in de vorm van bibliotheken).

Een API definieert de toegang tot de functionaliteit die er achter schuil gaat. De buitenwereld kent geen details van de functionaliteit of implementatie, maar weet dankzij de API wel hoe deze kan worden aangesproken. Een voordeel hiervan is dat met een API meerdere implementaties benaderbaar kunnen zijn, zolang deze maar voldoen aan de API.

bron: Wikipedia

4. blogosphere

Blogosphere is de naam voor de verzameling van alle weblogs wereldwijd en de connecties daartussen. Weblogs zien zichzelf graag als een onderling verbonden community of als een groot sociaal netwerk.

5. Blu-ray

Blu-ray (blauwe-straal) is een bepaald formaat waarmee informatie op een optische schijf wordt opgeslagen op een een dvd schijf. Dit gebeurt met behulp van blauw laserlicht. Het blu-rayformaat is met name bedoeld voor de opslag van high-definition television-films en is een beoogde opvolger van de dvd.

6. Cross-Platform

Een cross-platform (multiplatform of platformonafhankelijke) programmeertaal, softwaretoepassing of hardware-apparaat werkt op meer dan één systeemplatform (bijvoorbeeld UNIX, Windows en Macintosh). Voorbeelden van multiplatform talen zijn C, C++, Java, JavaScript, Python, Tcl, Erlang, Delphi+Kylix en REALbasic.
bron: Wikipedia

7. DVB-T

DVB-T staat voor Digital Video Broadcasting – Terrestrial en is de open standaard voor uitzending van digitale video met behulp van zendmasten.

bron: Wikipedia

8. HDTV

HDTV staat voor high-definition television en is een televisietechniek met een kwaliteit die als geavanceerder wordt aangemerkt dan de bestaande analoge systemen.

9. High-Definition

High Definition Video (afgekort HDV) is een videonorm voor beeld met een hoge resolutie. Dit videoformaat wint steeds meer aan populariteit en is inmiddels al terug te vinden in semi-professionele en consumenten videocamera’s. HDV camera’s kunnen een hoge kwaliteit beeld opnemen op standaard miniDV tapes.

bron: Wikipedia

10. in-banner video

Een video advertentie die in een traditionele banner wordt weergegeven.

11. IPTV

Internet Protocol Television (IPTV) is een manier om gepersonaliseerde TV-producten aan te bieden. IP in IPTV verwijst naar het protocol dat gebruikt wordt om het TV-signaal naar de TV te sturen (het Internetprotocol). Net als bij internetten, zoals email en websurfen, wordt hiervoor het Internet Protocol gebruikt. Echter, de TV-signalen worden niet via Internet verstuurd, maar rechtstreeks van de aanbieder naar de klant gestuurd.

bron: Wikipedia

12. lag

In computing and especially computer networks, a lag is a symptom where result of an action appears later than expected. While different kinds of latency are well defined technical terms, lag is the symptom, not the cause.

13. mid-roll

Een (video) advertentie die start in het midden van de video, meestal tussen segmenten van de video.

14. mindmaps

In de leertheorie is een mindmap een grafisch schema (of informatieboom) dat vertrekt van een centraal onderwerp en daaraan bijzaken en verwante concepten linkt. Een mindmap kan bij het studeren helpen details van hoofdzaken te onderscheiden en informatie logisch te ordenen in het geheugen. Er zijn geen formele restricties voor het soort van linken dat je gebruikt, maar vaak hanteert men kleuren, woorden en lijnen. De verschillende elementen worden ingedeeld naar belangrijkheid en in groepen of gebieden voorgesteld.

15. MMORPG

Een Massively Multiplayer Online Role Playing Game is een grootschalige online rollenspel voor meerdere spelers op het internet of op een computernetwerk.
bron: Wikipedia

16. Mockumentary

Een mockumentary is een film en TV genre waarin een bepaald onderwerp (kan zowel fictief als echt bestaand zijn) wordt besproken zoals in een documentaire, maar waarin niets wat verteld wordt op feiten berust. Vaak is er sprake van parodie of satire. De naam mockumentary is een portmanteau van de Engelse woorden to mock (ergens de spot mee drijven) en documentary (documentaire).

17. narrowcasting

Narrowcasting is door middel van audiovisuele displays het benaderen van een of meer specifieke doelgroepen, op een specifieke plaats en op specifieke momenten. De content is daarbij op maat gesneden voor de ontvanger. De term is het tegengestelde van het Engelse broadcasting.

bron: Wikipedia

18. On demand

Video on demand (VOD) systems allow users to select and watch video and clip content over a network as part of an interactive television system. VOD systems either “stream” content, allowing viewing in real time, or “download” it in which the program is brought in its entirety to a set-top box before viewing starts. The latter is more appropriately termed “store and forward”. The majority of cable and telco based VOD systems use the streaming approach, whereby a user buys or selects a movie or television program and it begins to play on the television set almost instantaneously.

19. overlay

Een (video) advertentie die over de video heen wordt geschoven tijdens het afspelen van de video. Deze techniek wordt gezien als het minst vervelend voor de kijken en gebruikt door o.a. YouTube en Adjustables.

20. P2P

Staat voor Peer-to-Peer, oftewel dataverkeer van computer naar computer, zonder tussenkomst van een centrale server. P2P kan gebruikt worden om servers te ontlasten, maar komt vaak op een negatieve manier in het nieuws door piraterij.

21. podcast

De term podcasting is een samentrekking van iPod, de draagbare MP3-speler van Apple, en ‘broadcasting’ (Engels voor uitzenden). Hoewel de technologie niet alleen bruikbaar is met de iPod, was het succes ervan een belangrijke stap in de ontwikkeling van podcasting. Strikt genomen is er geen verschil tussen de term downloaden en podcasten, hoewel met postcasten ook de laagdrempeligere service-schil wordt aangegeven. De meer trendy term Podcast is echter helemaal doorgedrongen tot alle gebruikersgroepen, ook de niet-Apple en zelfs de niet iPod-gebruikers.

22. Podcasts

In de breedste zin staat podcasting voor het verspreiden van digitale bestanden die door speciale programma’s afgehaald worden om ze later te gebruiken. Dus dit kan audio zijn (MP3, Windows Media, Real Media), video (MPEG, DivX, QuickTime enzovoort) of software.


Podcasting staat, in de meest strikte zin, voor een systeem waarin podcasters audiobestanden (MP3) met discussies, radioshows, muziekprogramma’s enzovoort beschikbaar stellen via internet en tevens een news feed in RSS-formaat creëren. Programma’s als iTunes downloaden audiobestanden automatisch.

bron: Wikipedia

23. post-roll

Een (video) advertentie die na het afspelen van de video wordt getoond.

24. pre-roll

Een (video) advertentie die speelt voordat de video is gestart.

25. ready-to-air

Een videoreclame die bewust generiek in opzet is zodat het door een groot scala aan bedrijven na het toevoegen van een logo direct klaar is voor gebruiken en voor uitzending.

26. RSS

RSS wordt vooral gebruikt bij weblogs of nieuws sites om telkens op de hoogte te kunnen zijn van het laatste artikel/nieuws. RSS-bestanden worden in de regel gegenereerd door de publicatiesoftware van degene die een website onderhoudt. Deze vorm van publiceren is niet louter voorbehouden aan webloggers. Ook grote webuitgaven als De Telegraaf, De Volkskrant, Trouw, Washington Post en New York Times publiceren hun kopij behalve in HTML ook in RSS.
bron: Wikipedia

27. SEO

Zoekmachine-optimalisatie (Engels: search engine optimization of SEO) is een onderdeel van Search Engine Marketing en kan worden gedefinieerd als het geheel aan activiteiten bedoeld om een webpagina hoog te laten scoren in de reguliere zoekresultaten van een zoekmachine, op voor de webpagina relevante trefwoorden of zoektermen.

bron: Wikipedia

28. silverlight

Microsoft Silverlight is een runtime voor browsergebaseerde internetapplicaties, met een deel van de animatie, vectorgraphics en videoplaybackmogelijkheden van Windows Presentation Foundation. Het is beschikbaar voor Microsoft Windows en Mac OS X; Linux-ondersteuning is in voorbereiding. Silverlight probeert te concurreren met Adobe Flash. (bron: Wikipedia)

29. user-generated

User-generated content (letterlijk vertaald: gebruikers-gegenereerde inhoud) is een inhoudelijke bijdrage van een niet-professionele gebruiker aan een online medium. Dit in tegenstelling tot de traditionele manier, waar professionele mensen in dienst van een mediabedrijf de inhoud van een media produceren. Voorbeelden van user-generated content zijn bijvoorbeeld foto’s, video’s of audioopnames. Maar ook recensies, weblogs of recepten zouden geschaard kunnen worden onder het begrip ‘user-generated content’.
bron: Wikipedia

30. Web 2.0

De term Web 2.0 verwijst naar wat sommigen zien als de tweede fase in de ontwikkeling van het World Wide Web. Het gaat over de verandering van een verzameling websites naar een volledig platform voor interactieve webapplicaties voor eindgebruikers op het World Wide Web. Volgens sommigen zullen deze uiteindelijk losstaande lokaal geïnstalleerde software overbodig maken.
bron: Wikipedia